Luister goed naar me, stelletje snobs, als je denkt dat kunst alleen maar een kwestie is van esthetiek en visueel genot, vergis je dan! Tania Mouraud dwingt ons voorbij het zichtbare te kijken, te speuren wat achter de tekens schuilt. Deze kunstenaar met een uniek parcours heeft taal, waarneming en betrokkenheid gemaakt tot de pijlers van een werk dat zo divers als coherent is, zo gevoelig als politiek.
Geboren in 1942 in Parijs uit een vader die advocaat was en verzetsstrijder, omgekomen in de Vercors, en een moeder die ook journaliste was en zich inzette in het Verzet, draagt Tania Mouraud deze tragische geschiedenis in zich die haar relatie tot de wereld heeft gevormd. “Mijn persoonlijkheid is gevormd door het verlies van mijn familie. Mijn moeder was een overlevende. In mijn ellende had ik het geluk dat mijn vader in de Vercors stierf en niet in een kamp. Ik ben de dochter van een held, niet van een slachtoffer,” vertrouwt ze toe [1]. Deze ervaring van verlies en dit scherpe historisch bewustzijn doordringen haar gehele werk, als een onzichtbare maar hardnekkige draad.
Als autodidact heeft Tania Mouraud zich gevormd door het contact met de Europese avant-gardes. Nadat ze in de jaren 1960 de schilderkunst had verkend, verbrandt ze symbolisch al haar doeken in 1968, een openbaar autodafé dat haar breuk met het academisme markeert om zich toe te leggen op conceptuele en minimalistische kunstvormen. “Ik was niet in staat om schilderachtige sensualiteit te produceren, niet in staat het licht te creëren dat schilderen tot schilderen maakt” [2], legt ze uit.
Maar zie dit radicale gebaar niet als een simpele nihilistische houding. Zoals Jacques Rancière uitlegt in zijn werk “De Deling van het Zintuiglijke”, beperkt kunst zich niet tot het weergeven van de wereld, zij draagt bij aan de herconfiguratie ervan [3]. Door haar schilderijen te vernietigen, beëindigde Mouraud haar creatie niet, ze opende juist nieuwe ruimtes van expressie en denken, overeenkomstig met het idee dat kunst in het sociale leven moet worden ingebed, zich direct tot toeschouwers moet richten en hen moet confronteren met hun waarnemingen.
Zo ontwikkelt ze vanaf 1968 haar eerste “Initiation Rooms”, deze witte en gelakte omgevingen bestemd voor introspectie en sensorische ervaring, “een extra ruimte voor een extra ziel”, volgens de woorden van Pierre Restany [4]. Meditatieve ruimtes waar de bezoeker wordt uitgenodigd zijn eigen bewustzijn te ervaren, deze minimalistische kamers maken deel uit van een onderzoek naar perceptie die Mouraud voortdurend zal verdiepen. “De voorstellen die ik destijds deed, waren plaatsen om te zitten en ruimte te contempleren, om één te worden met de ruimte: proberen de beperking van het lichaam te verliezen. […] Proberen de kosmische ervaring te leven en te begrijpen dat de grens van het lichaam het kosmos is” [5].
Dit onderzoek krijgt vervolgens een meer expliciet politieke en sociale dimensie met de stedelijke interventies van Mouraud, te beginnen met de beroemde “City Performance n°1” (1977-1978). De kunstenaar plaatst toen 54 reclameborden in Parijs, waarop eenvoudig het woord “NI” staat, in grote zwarte letters op een witte achtergrond. “NI, een operatie zonder vervolg, zonder teaser, zonder verkapte reclame van het ministerie van Cultuur. Gewoon een anonieme standpuntinname. Absolute ontkenning, absolute waarheid, universele schakelaar gebruikt door westerse logici en oosterse wijzen” [6]. In een openbare ruimte die verzadigd is met reclame tekens, werkt dit raadselachtige “NI” als een semiotische kortsluiting, een onderbreking in de continue stroom van consumptieprikkels.
Zoals Roland Barthes in “Mythologies” analyseerde, is onze dagelijkse omgeving gekoloniseerd door tekens die, onder het mom van natuurlijkheid, ideologieën overbrengen [7]. De “NI” van Mouraud verstoort precies deze vermeende vanzelfsprekendheid van de tekens die ons omringen. Ze creëert een reflectieruimte daar waar gewoonlijk de consumptieve aansporing heerst.
Vanaf de jaren 1980 ontwikkelt Mouraud haar beroemde “Wall Paintings”, deze enorme muurschilderingen waarop zinnen tot aan de grens van leesbaarheid worden uitgerekt en grafische patronen vormen die abstract lijken. “I HAVE A DREAM”, “WHAT YOU SEE IS WHAT YOU GET” of “HOW CAN YOU SLEEP”, deze boodschappen worden alleen geopenbaard aan de attente kijker die de tijd neemt om te ontcijferen. Deze eis tot concentratie is op zichzelf een vorm van verzet tegen de gegeneraliseerde versnelling van onze samenlevingen, die Paul Virilio zo goed analyseerde in “La Vitesse de libération” [8]. Tegen een cultuur van het onmiddellijke en de onmiddellijke bevrediging plaatst Mouraud een langzame tijdelijkheid, die van contemplatie en ontcijfering.
De typografische dimensie van haar werk doet denken aan het onderzoek van de concrete dichter Augusto de Campos, voor wie de visuele rangschikking van letters even belangrijk is als hun betekenis [9]. Zowel bij Mouraud als bij de Campos is taal niet alleen een drager van betekenis maar een volwaardige plastische materie.
Parallel aan dit onderzoek naar taal, verkent Tania Mouraud andere media, met name fotografie en video. Haar serie “Made in Palace” (1980-1981), gemaakt in een nachtclub in Parijs, legt lichamen vast in beweging, vaag, bijna abstract. “Ik ken de moderne psychotropica niet”, benadrukt ze. “Mijn generatie was voor de zuren, mescaline, LSD. Feesten kunnen heel mooi zijn, maar het is altijd op de rand, het is erg triest. Ik wil het Palace zeker niet romantiseren, maar de mensen waren er erg mooi, ze waren verkleed” [10]. Deze foto’s op de grens van abstractie vertalen visueel wat Deleuze noemde “een lichaam zonder organen”, die oplossing van de lichamelijke grenzen in de ervaring van de trance [11].
Vanaf de jaren 2000 neemt video een belangrijke plaats in het werk van Mouraud in, met name met indrukwekkende werken als “Sightseeing” (2002), die ons meeneemt naar het concentratiekamp Natzweiler-Struthof in Elzas, of “Ad Infinitum” (2008), die in zwart-wit de hypnotiserende choreografie van walvissen filmt. “De toeschouwer bevindt zich op de plaats van de camera en wordt geconfronteerd met wat uit het water komt, een vormeloze en onbekende massa” [12]. De formele schoonheid van deze beelden contrasteert vaak met het geweld van de behandelde onderwerpen, waardoor een esthetische en emotionele spanning ontstaat die de toeschouwer niet onberoerd laat.
In 2014 confronteert “Ad Nauseam”, een monumentale video-installatie gepresenteerd in het MAC VAL (Museum voor Hedendaagse Kunst van het Val-de-Marne in Frankrijk), Mouraud ons met beelden van een fabriek voor het recyclen van boeken, waar machines onvermoeibaar duizenden boeken vermalen. Gecombineerd met een geluidscreatie gerealiseerd in samenwerking met het IRCAM (het Franse instituut voor onderzoek en coördinatie akoestiek/muziek), roept dit krachtige werk op metaforische wijze de vernietiging van cultuur door de industrie op. Susan Sontag zou dit werk ongetwijfeld hebben gezien als een perfecte illustratie van wat zij in “Tegen de interpretatie” een “erotiek van de kunst” noemde [13], waar de zintuiglijke en emotionele dimensie voorrang heeft boven intellectualisering.
Want dat is inderdaad een van de sterke punten van het werk van Tania Mouraud: ze richt zich zowel op ons intellect als op onze zintuigen. Haar geluidswerk, dat ze ontwikkelt via haar optredens als DJ en haar installaties, getuigt van deze bijzondere aandacht voor de zintuiglijke dimensie van de artistieke ervaring. “Ik heb heel precieze ideeën. Ik ben een aanhanger van Michel Chion, schrijver, componist, docent, heel betrokken bij de relaties beeld/geluid/muziek/woord, en van Pauline Oliveiros, musicus en componist, die aan de basis staat van deep listening, een langzame en spirituele manier om muziek te benaderen” [14].
Sinds 2017 interesseert Tania Mouraud zich voor het Jiddisch en verwerkt ze deze taal in haar artistieke werk, met name in haar serie “Mots-Mêlés” (2017-2021), waarin gedichten of fragmenten uit opera’s verborgen zijn achter zwarte vlakken. Deze aanpak sluit aan bij een wens om bedreigde talen en culturen te behouden en levend te houden. Zoals de antropoloog Claude Lévi-Strauss in “Tristes Tropiques” heeft aangetoond, betekent het verdwijnen van een taal het onherroepelijke verlies van een unieke wereldvisie [15].
Door haar zo rijke als gevarieerde artistieke loopbaan heeft Tania Mouraud voortdurend onze relatie tot de wereld, de geschiedenis en de perceptie bevraagd. Haar werk, diep geworteld in een ethiek van verantwoordelijkheid, nodigt ons uit waakzaam te blijven tegenover het geweld van onze tijd. “Ik voel me meer verbonden met het begrip burgerschap, dat voor mij een houding ten opzichte van het leven is. Burgers zijn betekent met open ogen naar de wereld leven” [16], stelt ze.
Terwijl we een verzameling werken van Tania Mouraud kunnen zien op de stand van galerie Claire Gastaud op de Drawing Now beurs 2025 in Parijs (27 tot 30 maart 2025) en op de Art Paris beurs 2025 (3 tot 6 april 2025), is het goed om te herinneren dat de kunst van Tania Mouraud niet alleen de wereld afbeeldt, maar ons ertoe aanzet om anders te kijken, om te beseffen wat zich schuilhoudt achter het ogenschijnlijke. En dat is misschien wel haar grootste les: kunst is geen toevluchtsoord los van de realiteit, maar juist een middel om die werkelijkheid met helderheid en moed onder ogen te zien.
Zoals Cécile Renoult zo treffend benadrukt over de tentoonstelling “Waarom huilen de heuvels?”: “Tania Mouraud weet zich voortdurend opnieuw uit te vinden terwijl ze ons uitnodigt in een samenhangend universum. Haar recente werken gaan een dialoog aan met oudere stukken, zowel formeel als door de echo van een gemeenschappelijke filosofie” [17]. Die coherentie binnen de diversiteit, die capaciteit zich te vernieuwen zonder zichzelf te verloochenen, maakt van Tania Mouraud een belangrijke kunstenares van onze tijd, wiens werk resoneert als een echo van onze zorgen en hoop.
- Interview met Marie-Laure Desjardins, “Tania Mouraud: Het werk is een vertrouwelijkheid”, Arts Hebdo Médias, 1 juni 2024.
- “Het experimenteren met het Lied van de Wereld. De kunst van Tania Mouraud”, Julie Crenn, 24 mei 2011.
- Rancière, Jacques, “De Verdelaing van het zintuiglijke”, La Fabrique, 2000.
- Arnauld Pierre, “Naar de ruimte” in “Tania Mouraud”, Flammarion, 2004, p.25.
- Catherine Grenier, “Interview met Tania Mouraud” in “At The Core : Tania Mouraud”, ESBEMA, 2010.
- Tania Mouraud, “City Performance N°1” in “Tania Mouraud”, Le Quartier, 1996, p.66.
- Barthes, Roland, “Mythologieën”, Seuil, 1957.
- Virilio, Paul, “De snelheid van bevrijding”, Galilée, 1995.
- Campos, Augusto de, “Poetamenos”, 1953.
- Hugo Vitrani, “Tania Mouraud, een splinter in de keel”, september 2022, Ceysson & Bénétière, tekst van de tentoonstelling “Flashback” van 20 oktober tot 3 december 2022.
- Deleuze, Gilles en Guattari, Félix, “Duizend Plateaus”, Éditions de Minuit, 1980.
- Alice Fleury, “Interview met Tania Mouraud” in “Ad Infinitum, Tania Mouraud”, Fages, 2009, p.27.
- Sontag, Susan, “Tegen interpretatie”, Farrar, Straus and Giroux, 1966.
- Interview met Marie-Laure Desjardins, “Tania Mouraud: Het werk is een vertrouwelijkheid”, Arts Hebdo Médias, 1 juni 2024.
- Lévi-Strauss, Claude, “Trieste Tropen”, Plon, 1955.
- Granja, Christelle. Interview met Tania Mouraud, “Ik leef met open ogen”, Libération, 10 december 2015.
- Renoult, Cécile. Tekst van de tentoonstelling “Waarom huilen de heuvels?” in galerie Claire Gastaud (Clermont-Ferrand), 3 oktober tot 23 november 2024.
















