English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

KAWS: De visionaire gevoeligheid van een reus in de kunst

Gepubliceerd op: 16 December 2024

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 6 minuten

KAWS begrijpt iets wat Theodor Adorno al insinuerde: massacultuur is niet de vijand van kunst, het is haar vruchtbaarste bodem. Wanneer hij Mickey Mouse transformeert in een melancholisch wezen met lege oogkassen, recyclet hij slechts een icoon.

Luister goed naar me, stelletje snobs. Brian Donnelly, geboren in 1974 in Jersey City, beter bekend als KAWS, is de belichaming van wat de hedendaagse Amerikaanse kunst het meest fascinerende en tegelijkertijd verstorende produceert. Laat me je vertellen waarom deze man een echt genie is, ook al geven sommigen van jullie de voorkeur aan het blijven nippen aan hun lauwe champagne terwijl ze reproducties van Monet bekijken in hun gekoelde salons.

Terwijl jullie je vergapen aan eensgezinde werken, onderzoekt KAWS sinds bijna 30 jaar de diepten van onze collectieve psyche met een scherpte die Jacques Lacan zou doen verbleken. Zijn werk is niet slechts een eenvoudige toe-eigening van popcultuur, het is een chirurgische dissectie van onze relatie tot het beeld, tot verlangen en tot de dood. Zijn “Companions”, die emblematische figuren met X-ogen, zijn geen simpele commerciële mascottes, maar memento mori voor het digitale tijdperk, postmoderne vergankelijke dingen die ons herinneren aan onze eigen eindigheid in een wereld doordrenkt met pixels.

Laten we even stilstaan bij zijn meesterlijke manipulatie van visuele codes. KAWS begrijpt iets wat Theodor Adorno al had aangevoeld: massacultuur is niet de vijand van kunst, het is de vruchtbaarste voedingsbodem ervan. Wanneer hij Mickey Mouse verandert in een melancholisch wezen met lege oogkassen, recyclet hij niet zomaar een icoon, maar voert hij een echte autopsie uit op ons collectieve imaginair. Het is Roland Barthes in drie dimensies, verdomme! Zijn interventies op reclameborden in de jaren 90 waren geen simpel vandalisme, maar een scherpe kritiek op de spektakelmaatschappij, waardig aan de beste analyses van Guy Debord.

KAWS creëert werken die gelijktijdig functioneren als sociale kritiek en als begeerde objecten. Daar bereikt zijn artistieke gevoeligheid duizelingwekkende hoogtes. Hij begrijpt, zoals weinig kunstenaars voor hem, dat hedendaagse kunst zich het luxe van elitaire isolatie niet langer kan veroorloven. En dat, stelletje snobs, gaan jullie moeilijk begrijpen. Hij moet duiken in de constante stroom van beelden en verlangens die ons tijdperk definiëren. Zijn samenwerking met merken is geen compromis, het is een geavanceerde strategie die het kapitalisme transformeert in een artistiek medium.

En laten we het hebben over zijn relatie tot ruimte. Zijn monumentale sculpturen zijn geen simpele vergrotingen van zijn figuurtjes, ze vertegenwoordigen een diepgaande reflectie op onze verhouding tot schaal in een wereld waar alles tegelijkertijd verkleind en overdreven groot is. Wanneer een van zijn werken van 10 meter hoog oprijst in de openbare ruimte, bezet het niet louter de ruimte, het transformeert die in een spanningsveld tussen het vertrouwde en het onheilspellende, tussen het commerciële en het heilige. Het is Gaston Bachelard onder invloed, een poëtica van ruimte herzien in het tijdperk van sociale netwerken.

Zijn technische beheersing is simpelweg adembenemend. De chromatische overgangen in zijn werken, de precisie van zijn lijnen, de wijze waarop hij speelt met schalen, dat alles getuigt van een diepgaand begrip van de formele mogelijkheden van hedendaagse kunst. Er zit iets van Gerhard Richter in zijn manier van omgaan met het beeldvlak, maar met een gevoeligheid die resoluut geworteld is in de 21e eeuw.

Wat mij bijzonder fascineert, is zijn vermogen om werken te creëren die resoneren met een zeldzame authenticiteit in de wereld van hedendaagse kunst. Terwijl zoveel kunstenaars genoegen nemen met het recyclen van afgezaagde formules, ontwikkelt KAWS een visuele taal die rechtstreeks spreekt tot ons tijdperk. Er is een echte empathie in zijn werk, een diepgaand begrip van de eenzaamheid en vervreemding die ons digitale tijdperk kenmerken. Zijn personages, met hun X-ogen, zijn als spiegels die ons onze eigen ontzetting weerspiegelen in een steeds ontmenselijkter wordende wereld.

De wijze waarop KAWS de symbolen van populaire cultuur manipuleert doet denken aan de analyses van Walter Benjamin over de mechanische reproductie van kunst, maar hij gaat verder. Hij beperkt zich niet tot reproduceren, hij transformeert, ondermijnt en heruitvindt.

Zijn werk met augmented reality is bijzonder fascinerend. Door technologie te gebruiken om kunstwerken te creëren die alleen in de digitale ruimte bestaan, stelt hij fundamentele vragen over de aard van kunst in het virtuele tijdperk. Jean Baudrillard zou het geweldig gevonden hebben om te zien hoe KAWS speelt met simulacra en simulatie, kunstwerken creërend die tegelijkertijd overal en nergens bestaan. En wat hij doet heeft niets te maken met je aap-NFT’s gekocht met digitale goudstaven.

De gemakkelijke kritiek zou zijn te zeggen dat KAWS zijn ziel verkocht heeft aan de kunstmarkt en grote merken. Maar juist daarin schuilt zijn genialiteit: hij gebruikt de mechanismen van het kapitalisme als een artistiek medium, waarbij hij commercialisering omzet in maatschappelijk commentaar. Er is iets diep subversiefs in de manier waarop hij navigeert tussen hoge cultuur en populaire cultuur, tussen kunst en commercie.

Zijn samenwerkingen met merken zijn geen compromissen, maar logische uitbreidingen van zijn artistieke praktijk. Hij begrijpt dat kunst in onze hyperverbonden wereld zich niet langer kan verschansen in zijn ivoren toren. Kunst moet doordringen tot alle aspecten van het dagelijks leven, bruggen bouwen tussen verschillende vormen van culturele expressie.

Wat echt opmerkelijk is aan KAWS, is zijn vermogen om artistieke consistentie te behouden terwijl hij voortdurend nieuwe terreinen verkent. Of hij nu werkt op een doek van 3 meter of op een beeldje van 10 centimeter, zijn visuele taal blijft direct herkenbaar en tegelijk subtiel evoluerend. Het is die spanning tussen vertrouwdheid en innovatie die zijn werk zo boeiend maakt.

Zijn verzamelaarspraktijk is ook veelzeggend. Door kunstwerken te verzamelen van art brut-kunstenaars, zo dierbaar voor Jean Dubuffet, toont hij een diep begrip van de kunstgeschiedenis dat veel verder gaat dan de traditionele canons. Er is iets diep democratisch in zijn benadering van kunst, een wil om gevestigde hiërarchieën te doorbreken die doet denken aan de ambities van historische avant-gardes. En ik zou hem op dat punt slecht kunnen bekritiseren, want net als hij neemt art brut een essentiële plaats in mijn leven in. Iemand die Yuichiro Ukaï verzamelt, die jonge Japanse wonderkind van stralend talent, kan alleen maar een uitzonderlijk persoon zijn.

Het is tijd dat we KAWS erkennen voor wat hij werkelijk is: een van de belangrijkste kunstenaars van onze tijd, iemand die de mechanismen van onze visuele cultuur diep begrijpt en weet te gebruiken om kunstwerken te creëren die ons raken, ons uitdagen en ons aan het denken zetten. Zijn werk is geen simpele kritiek op de consumptiemaatschappij, het is een complexe kaart van onze collectieve psyche in het digitale tijdperk.

Laat me je dit zeggen: terwijl sommigen blijven klagen over de dood van de hedendaagse kunst, toont KAWS ons dat hij springlevend is, dat hij pulserend is met het ritme van onze tijd, dat hij onze taal spreekt terwijl hij die transformeert. Het is tijd om zijn werk niet langer te negeren en zijn belangrijke bijdrage aan de kunst van de 21ste eeuw te erkennen. En als je nog steeds niet overtuigd bent, dan ben je misschien te druk met het bewonderen van je reflecties in je champagnefluiten om te zien wat vandaag in de wereld werkelijk telt.

Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

KAWS (1974)
Voornaam:
Achternaam: KAWS
Andere naam/namen:

  • Brian DONNELLY

Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • Verenigde Staten

Leeftijd: 51 jaar oud (2025)

Volg mij