English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Li Jikai : Spiegel van een overgangstijdperk

Gepubliceerd op: 8 Oktober 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 10 minuten

Li Jikai creëert een schilderachtige wereld bevolkt door kinderen met mollige trekken die zich bewegen in troosteloze landschappen. Deze schilder van de “ego-generatie” vangt met een techniek die Chinese traditie en westerse moderniteit combineert de “mini-pijnen” van een Chinese samenleving die volop economische en sociale veranderingen doormaakt.

Luister goed naar me, stelletje snobs. Li Jikai behoort niet tot die categorie Chinese kunstenaars die het simpelweg doen met het recyclen van Westerse codes om westerse verzamelaars te behagen. Nee, deze schilder geboren in 1975 in Chengdu voert een veel subtielere synthese uit, waarbij hij put uit de kronkels van de individuele ervaring om de tegenstrijdigheden van een tijdperk te onthullen. Afgestudeerd aan de Academie voor Schone Kunsten van Sichuan in 2004, vestigt Li Jikai zich als een van de meest unieke stemmen van wat men de “ego-generatie” noemt, die groep kunstenaars na de jaren 1970 die is opgegroeid in een China dat volop economische transformatie doormaakte.

De schilderachtige wereld van Li Jikai ontvouwt zich rond een terugkerende iconografie die grenst aan obsessie: kinderen met mollige trekken, met buitenproportionele ledematen, bewegen zich in troosteloze landschappen, tussen stadsruïnes en melancholische plattelandsgebieden. Deze androgyne figuren, die lijken op verlaten speelgoed, dragen de volledige emotionele lading van een generatie die gevangen zit tussen twee werelden. Criticus Zhu Qi spreekt over hen als een “mini-pijn” [1], dat bijzondere lijden dat voortkomt uit materiële welvaart en de existentiële leegte die het teweegbrengt.

De erfenis van Kafka in de hedendaagse Chinese schilderkunst

De literaire dimensie die het werk van Li Jikai doordringt, vindt een bijzonder treffende echo in de wereld van Franz Kafka. Net als de personages uit De Praagse Schrijver bewegen de protagonisten van Li Jikai zich in een wereld waar de gebruikelijke logica lijkt opgeschort. In “Yangzi” en “Nighttime Yangzi” (2006) doet een hoofd dat op het water van de rivier drijft vreemd genoeg denken aan de groteske metamorfoses van Kafka. Deze nabijheid is niet toevallig: ze onthult een gedeelde benadering van de moderne vervreemding, waar het individu vreemdeling wordt voor zichzelf.

De invloed van Franz Kafka [2] op de generatie na 1970 in China overstijgt ruimschoots het literaire domein en infiltreert de beeldende kunsten. Li Jikai, zonder expliciet de auteur van De Gedaanteverwisseling te citeren, vertaalt de esthetiek van het absurde in zijn composities. De “拾荒者” (afvalzoekers) uit zijn gelijknamige serie van 2014 bewegen zich in een niemandsland stadsgebied dat doet denken aan de administratieve braakliggende terreinen uit Kafka. Deze personages, noch kinderen noch volwassenen, belichamen die tussentoestand die zo kenmerkend is voor het werk van Kafka: zijn zonder ooit volledig te kunnen zijn.

De schildertechniek van Li Jikai versterkt deze kafkaëske dimensie. Zijn verfstrepen, afkomstig uit de traditie van “po mo” (spetterinkt), creëren een permanent wazig effect dat de toeschouwer in onzekerheid houdt. Niets is ooit definitief vastgelegd in deze werken, net zoals in kafkaëske situaties waarin de spelregels voortdurend veranderen. Deze visuele instabiliteit vertaalt de metafysische angst van een generatie die wordt geconfronteerd met de versnelling van de geschiedenis.

De beeldruimte bij Li Jikai werkt volgens een droomlogica die doet denken aan de onmogelijke architecturen van het Kasteel. Zijn figuren lijken altijd onderweg, nooit echt ergens gevestigd. In “Child” (2006) onthullen de druppels die uit de ogen van het kind vloeien als tranen dezelfde machteloosheid tegenover een wereld die onbegrijpelijk is geworden. Deze esthetiek van dwalen vindt zijn oorsprong in de collectieve ervaring van een China in voortdurende verandering, waar traditionele ankerpunten vervagen zonder dat er nieuwe zekerheden ontstaan.

Li Jikai put ook uit het Kafkaiaanse erfgoed het vermogen om het dagelijks leven te transformeren tot een buitengewoon gebeuren. Zijn “mini-pijnen” ontstaan niet uit spectaculaire trauma’s maar uit de opeenhoping van onbeduidende details die geleidelijk hun onderdrukkende lading onthullen. Het beleid van het enig kind, interne migraties, de gedwongen verstedelijking: fenomenen die afzonderlijk onbeduidend lijken maar samen de hedendaagse Chinese ervaring radicaal herdefiniëren.

De architectuur van de melancholie

Het werk van Li Jikai onderhoudt een voortdurende dialoog met architectuur, niet die van glorieuze monumenten maar die, anoniem en onderdrukkend, van het Chinese modernisme. Zijn stedelijke landschappen, bezaaid met betonnen torens en fabrieksschoorstenen, roepen de onderzoeken van het Bauhaus naar modern wonen op. Walter Gropius [3] en zijn leerlingen hadden gedroomd van een functionele architectuur die de mens zou bevrijden van zijn eeuwenoude vervreemding. Li Jikai toont ons de keerzijde van deze utopie: ontmenselijkte ruimtes waar het individu een simpel statistisch element wordt.

Deze architectuurkritiek krijgt een bijzondere dimensie in de Chinese context. De versnelde stedelijke transformaties hebben omgevingen gecreëerd waarin menselijke schaal verdwijnt ten gunste van economische logica. Li Jikai documenteert deze verandering met de precisie van een socioloog en de gevoeligheid van een dichter. Zijn “Lonely planet” (2009) beelden omgekeerde aardbollen uit, een treffende metafoor voor een wereld die onleesbaar is geworden.

De invloed van de Bauhaus-beweging op Li Jikai beperkt zich niet tot sociale kritiek. Ze doordrenkt ook zijn opvatting van de beeldruimte. Zoals de Duitse architecten de zuivering van vormen zochten, werkt Li Jikai door aftrekking, waarbij hij geleidelijk alle decoratieve elementen verwijdert om alleen de emotionele essentie te behouden. Deze spaarzaamheid aan middelen, geërfd van de theorieën van Mies van der Rohe, stelt de kunstenaar in staat de aandacht te concentreren op de psychologische toestand van zijn personages.

De geometrie van het Bauhaus vindt een onverwachte echo in de composities van Li Jikai. Zijn ruimtes, vaak georganiseerd rond eenvoudige verdwijnpunten, creëren een constante spanning tussen orde en chaos. De kubussen en parallellogrammen die zijn landschappen markeren zijn nooit neutraal: ze worden markeerders van een moderniteit die het individu verplettert. Deze kritische toe-eigening van het moderne architecturale vocabulaire onthult Li Jikai’s helderheid tegenover de niet-ingeloste beloften van modernisering.

De hedendaagse woonomgeving, zoals Li Jikai die voorstelt, beschermt niet meer: ze isoleert. Zijn interieurs, zeldzaam maar betekenisvol, doen denken aan de “machines à habiter” van Le Corbusier, ontdaan van hun menselijke inhoud. De kunstenaar zoekt niet naar architecturale schoonheid maar naar sociologische waarheid. Zijn gebouwen weerspiegelen de gemoedstoestand van een samenleving in transitie, waar de oude wereld is verdwenen zonder dat er werkelijk een nieuwe is opgedoken.

Deze architecturale benadering van de schilderruimte stelt Li Jikai in staat verder te gaan dan de eenvoudige representatie en bijna een theatrale dimensie te bereiken. Zijn personages bewegen zich op scènes waarvan de geometrie de machtsverhoudingen onthult. De architectuur wordt zo een taal, een systeem van tekens die de discours van de kunstenaar over de hedendaagse conditie aanvult en versterkt. Vanuit dit perspectief werkt elk architecturaal element als een onthuller van de sociale en psychologische spanningen die het hedendaagse China doorkruisen.

De overgangsruimtes nemen een bijzondere plaats in binnen deze emotionele geografie. Bruggen, drempels, doorgangen: Li Jikai vermenigvuldigt de metaforen van de toestandsverandering. Deze liminale plaatsen, dierbaar in de moderne architectuur, worden bij hem de theaters van existentiële angst. Ze belichamen deze tussenliggende conditie van een generatie die niet meer goed weet waar ze heen gaat, maar wel weet dat ze niet meer terug kan.

De poëzie van de verloren jeugd

In het hart van het universum van Li Jikai heerst een bijzondere nostalgie, die van een jeugd die nooit echt heeft bestaan maar waarvan het verlies toch de volwassenheid achtervolgt. Deze melancholie vindt een verontrustende echo in de poëtiek van de kunstenaar zelf, die zijn tentoonstellingen vaak begeleidt met teksten met bekenteniskleur. In zijn “Sleeping Farmer and Wheat Waves” [4] schrijft hij: “De jeugd is nu ver weg, maar het lijkt alsof ik me nog enkele dingen herinner”.

Deze zoektocht naar de verloren tijd komt niet voort uit een simpele sentimentele emotie. Integendeel, het onthult een scherpe bewustwording van de breuken die de recente Chinese geschiedenis hebben gekenmerkt. De generatie van Li Jikai is opgegroeid in een China waar traditionele levenswijzen aan een duizelingwekkend tempo verdwenen. Zijn kinderlijke personages verpersoonlijken wat geofferd is op het altaar van modernisering: onschuld, familiale continuïteit, territoriale verankering.

De kinderlijke iconografie bij Li Jikai beperkt zich niet tot representatie: het vormt een werkelijk symbolisch systeem. Zijn “kinderen” met disproportionele lichamen roepen deze traditionele Chinese poppen op waarvan de overdreven vormen bedoeld waren om het ongeluk af te weren. Deze apotropische dimensie van de Chinese volkskunst vindt bij Li Jikai een hedendaagse weerklank: zijn figuren beschermen minder tegen ongeluk dan dat ze getuigen van de realiteit ervan.

De schildertechniek van Li Jikai versterkt deze poëtische dimensie. Zijn druipende verf, die soms aan tranen doet denken, soms aan sap, creëert een effect van emotionele materialiteit. De schilderkunst wordt letterlijk voelbaar, net als deze personages die voortdurend op het punt staan emotioneel te zijn. Deze hypersensibiliteit in de schilderkunst vertaalt de staat van een generatie die nooit heeft geleerd onverschillig te zijn.

De voorwerpen uit de kindertijd nemen een bijzondere plaats in binnen deze poëtiek. Kapotte speelgoedjes, te kleine kleren, prentenboeken: Li Jikai verzamelt de sporen van een voorbijgegaan wereld. Deze stillevens van de kindertijd functioneren als hedendaagse memento mori, die herinneren dat groot worden ook betekent afstand doen van wie je was. In een maatschappij die eeuwige jeugd tot een commerciële noodzaak heeft gemaakt, krijgt deze melancholie een subversieve dimensie.

De ruimte van de kindertijd bij Li Jikai wordt gekenmerkt door zijn instabiliteit. Braakliggende terreinen, verlaten bouwplaatsen, stedelijke braaklanden: zijn jonge personages bewegen zich in precaria milieus die hun eigen existentiële kwetsbaarheid weerspiegelen. Deze geografie van verwaarlozing onthult de menselijke kosten van de Chinese transformatie. Achter het economische wonder schuilen geofferde generaties, veroordeeld om op te groeien in urgentie en onzekerheid.

De evolutie van een schilderlijke taal

De kunst van Li Jikai kan niet worden begrepen zonder een analyse van zijn stilistische evolutie, die een artistiek parcours van opmerkelijke coherentheid onthult. Van zijn eerste werken die beïnvloed zijn door het Duitse expressionisme tot zijn recente creaties waarbij gemengde technieken domineren, heeft de kunstenaar zijn schildertaal voortdurend verfijnd om zijn favoriete onderwerp beter te begrijpen: het hedendaagse individu geconfronteerd met zijn eigen kwetsbaarheid.

De periode 2005-2010 markeert het ontstaan van wat men het “Li Jikai-stijl” zou kunnen noemen. De werken uit die tijd, gekenmerkt door een gedempaletter die wordt gedomineerd door grijzen en okers, tonen de invloed van Co Westerik, die Nederlandse schilder en meester van de contemplatieve hyperrealisme. Net als zijn Europese tegenhanger ontwikkelt Li Jikai een esthetiek van concentratie, waar elk detail telt en waar de stilte bijna hoorbaar wordt.

Deze stilistische evolutie gaat gepaard met een thematische rijping. De vroege werken van Li Jikai, nog steeds gekenmerkt door de cartoonesthetiek, maken geleidelijk plaats voor complexere composities waarin de sociale dimensie expliciet wordt. De tentoonstelling “Sleeping Farmer and Wheat Waves” (2016) vormt een keerpunt in deze evolutie: de kunstenaar laat de verwijzingen naar de popcultuur definitief achterwege om een meer openlijk melancholieke inslag te omarmen.

De invloed van de Chinese schilders traditie wordt ook duidelijker in de recente werken. De techniek van “po mo”, deze traditie van gespetterde inkt die teruggaat tot de Tang-dynastie, vindt bij Li Jikai een eigentijdse toepassing. Zijn druppels zijn niet langer het resultaat van een gecontroleerd ongeluk maar vormen een ware expressieve grammatica die visueel de gemoedstoestanden van zijn personages vertaalt.

Deze hybridisatie tussen oosterse en westerse technieken onthult de verfijning van Li Jikai’s benadering. Ver weg van alleen maar een decoratief syncretisme, ontwikkelt de kunstenaar een schildertaal die put uit beide tradities om iets ongekends te creëren. Deze stilistische synthese reflecteert de ervaring van een generatie die verdeeld is tussen culturele erfenis en geglobaliseerde moderniteit.

De kwestie van schaal is een ander essentieel aspect van Li Jikai’s evolutie. Zijn recente werken, vaak monumentaal, tonen een nieuwe ambitie: het creëren van meeslepende omgevingen die de toeschouwer fysiek omvatten. Deze verschuiving naar installaties toont de invloed van de internationale hedendaagse kunst terwijl het toch de specificiteit van de Chinese benadering behoudt.

Het is duidelijk dat Li Jikai een artistieke taal heeft ontwikkeld die, zonder ooit in het pittoreske of het exotische te vervallen, erin slaagt de specifiek Chinese ervaring van moderniteit te vertalen. Zijn werken functioneren als emotionele seismografen die de schokken van een veranderende samenleving registreren. In een wereld van hedendaagse kunst die vaak wordt gedomineerd door mode-effecten, dwingt Li Jikai een unieke stem af die zijn kracht put uit nauwgezette observatie van de realiteit en een voorbeeldige technische beheersing.

Deze artistieke traject onthult een kunstenaar die de verleidingen van de markt heeft weten te weerstaan om authentiek onderzoek te ontwikkelen. In een tijd waarin de hedendaagse Chinese kunst de belangstelling van westerse verzamelaars opwekt, herinnert Li Jikai eraan dat ware creatie altijd voortkomt uit innerlijke noodzaak en niet uit externe eisen. Zijn werk vormt een waardevol getuigenis van een overgangsperiode waarvan we pas beginnen de historische betekenis te begrijpen.

In dit constant bruisende Chinese kunstlandschap neemt Li Jikai een bijzondere positie in: die van een heldere waarnemer die zich evenzeer verzet tegen zelfgenoegzaamheid als tegen gemakkelijke veroordeling. Zijn werken herinneren ons eraan dat ware kunst altijd voortkomt uit de spanning tussen individuele ervaring en de collectieve krachten die deze vormgeven. Daarmee profileert Li Jikai zich als een van de scherpzinnigste getuigen van zijn tijd, een kunstenaar wiens oeuvre ongetwijfeld nog lang onze verhouding tot moderniteit en haar desillusies zal blijven bevragen.


  1. Zhu Qi, “Art of post-’70s exhibition”, Shanghai en Beijing, 2005
  2. Franz Kafka, De Gedaanteverwisseling (1915), gedocumenteerde invloed op de Chinese generatie na 1970
  3. Walter Gropius, Bauhausmanifest (1919), Bauhausschool Weimar-Dessau
  4. Li Jikai, autobiografische tekst, tentoonstelling “睡着的农夫与麦浪”, Museum voor Schone Kunsten van Hubei, 2016
Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

LI Jikai (1975)
Voornaam: Jikai
Achternaam: LI
Andere naam/namen:

  • 李继开 (Vereenvoudigd Chinees)

Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • China

Leeftijd: 50 jaar oud (2025)

Volg mij