English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Louise Giovanelli, de tovenares van de heilige oppervlakken

Gepubliceerd op: 13 Januari 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 6 minuten

Louise Giovanelli transformeert momenten uit de populaire cultuur in transcendente schilderervaringen. Haar minutieuze techniek, erfgoed van de Vlaamse meesters, schept een voortdurende spanning tussen materialiteit en immaterialiteit, waarbij elke verflaag een drempel is naar een nieuwe waarnemingsdimensie.

Luister goed naar me, stelletje snobs, terwijl ik jullie vertel over Louise Giovanelli, geboren in 1993 in Londen, die de codes van de hedendaagse schilderkunst herdefinieert met een durf die de kleine wereld van de hedendaagse kunst doet trillen. Deze Britse kunstenares, opgeleid aan de Manchester School of Art en de prestigieuze Städelschule in Frankfurt onder leiding van Amy Sillman, is niet alleen schilderijen aan het maken. Nee, ze creëert een nieuwe vorm van visuele sacraliteit die de traditionele grenzen tussen populaire cultuur en hoge cultuur overstijgt.

Haar schildertechniek is een waar meesterwerk dat het verdient om aandachtig bestudeerd te worden. Geërfd van Vlaamse meesters zoals Jan van Eyck en Rogier van der Weyden, bestaat deze techniek uit het minutieus aanbrengen van meerdere lagen ultrakoncentrieke olieverf, waardoor een lichtheid ontstaat die lijkt te stralen vanuit het canvas zelf. Deze methodische aanpak doet denken aan de observaties van Walter Benjamin over de aura van het kunstwerk. Maar waar Benjamin een onomkeerbaar verlies van de aura zag in het tijdperk van mechanische reproductie, slaagt Giovanelli erin het onmogelijke: zij schept een nieuwe vorm van heiligheid uit profane beelden die afkomstig zijn uit onze verzadigde visuele cultuur.

Haar serie schilderijen “Orbiter” (2021) illustreert perfect deze transformatie van het profane naar het heilige. Door een simpel detail van Mariah Careys glinsterende jurk tijdens een kerstshow als onderwerp te nemen, verandert ze wat beschouwd kan worden als een triviaal moment uit de popcultuur in een transcendente visuele ervaring. Het schilderoppervlak wordt een fascinerend slagveld tussen de materialiteit van de verf en de immaterialiteit van licht. Deze benadering doet denken aan de theorieën van Roland Barthes over fotografie in “La Chambre Claire”, waarin hij het concept van punctum ontwikkelt. Bij Giovanelli wordt elke penseelstreek een potentieel punctum, wat een voortdurende spanning creëert tussen het zichtbare en het onzichtbare en de toeschouwer dwingt zijn blik te vertragen.

De gordijnen, een terugkerend motief in haar recente werk, verdienen ook aandacht. Deze monumentale draperieën, die tot wel 3 meter hoog kunnen zijn, zijn geen eenvoudige decoratieve elementen of stijl oefeningen. Ze worden metafysische poorten, drempels tussen verschillende bewustzijnsstaten. In “Prairie” (2022), een spectaculair drieluik, worden de iriserende groene gordijnen doorboord door spleten van puur geel licht die een voelbare dramatische spanning creëren. Dit gebruik van het gordijn als existentiële metafoor roept de reflecties van Gaston Bachelard op in “La Poétique de l’espace” over de dialectiek van binnen en buiten. Giovanelli’s gordijn is niet langer een simpel object, het wordt een overgangsplek tussen het reële en het imaginaire, tussen het wereldlijke en het transcendente.

Maar het is in haar behandeling van scènes uit cultfilms dat Giovanelli haar subversieve kracht volledig onthult. Haar herinterpretatie van scènes uit de film “Carrie” van Brian De Palma overstijgt simpele filmcitaties. In “Altar” (2022) vangt ze dat precieze moment waarop het bloed op Sissy Spacek valt, wat het transformeert tot een soort heidense epifanie. Het oppervlak van het schilderij trilt van een bijna hallucinatoire intensiteit, en creëert wat Georges Didi-Huberman zou noemen een “overlevend beeld”. De verzadigde neonlichten en de wazige effecten scheppen een onwerkelijke sfeer die deze horrorscène verandert in een moment van mystieke openbaring.

De kunstenares gaat in haar verkenning van de grenzen tussen het heilige en het profane nog een stap verder in haar serie “Surface to air” (2022), waar verlengde benen tevoorschijn komen uit de spleet van een glinsterende jurk. Deze schilderijen verwijzen naar de Korinthische zuilen van de klassieke architectuur en creëren een gedurfde parallel tussen heilige architectuur en hedendaagse glamour. Deze onverwachte juxtapositie dwingt ons onze relatie met popcultuuriconen en hun bijna-religieuze status in onze samenleving te heroverwegen.

De techniek van Giovanelli is net zo opmerkelijk als haar themakeuzes. Haar manier van het schilderen met fijne, opeenvolgende lagen creëert een optische diepte die doet denken aan de glaciseffecten van de oude meesters. Maar ze gebruikt deze traditionele techniek om resoluut moderne effecten te creëren. In haar schilderijen van wijnglazen bijvoorbeeld, slaagt ze erin brekings- en vervormingseffecten te creëren die deze alledaagse voorwerpen transformeren tot voertuigen van metafysische contemplatie. Deze hedendaagse stillevens herinneren ons aan de vergankelijkheidsschilderijen uit de 17e eeuw, terwijl ze stevig geworteld zijn in onze tijd.

Wat Giovanelli’s werk vandaag de dag bijzonder relevant maakt, is haar vermogen om moeiteloos tussen verschillende culturele registers te navigeren. Ze put zowel uit de kunstgeschiedenis als uit de populaire cultuur en creëert werken die zich onttrekken aan eenvoudige categorisaties. Haar benadering van het heilige is niet nostalgisch of eerbiedig, maar veeleer exploratief en transformerend. Ze toont ons dat het heilige niet verdwenen is uit onze moderne wereld; het is zich simpelweg verplaatst naar nieuwe territoria.

De behandeling van licht in haar schilderijen is ook bijzonder interessant. In plaats van licht op traditionele wijze weer te geven, creëert ze lichteffecten die lijken te emaneren vanuit het canvas zelf. Deze benadering doet denken aan de theorieën van Maurice Merleau-Ponty over het “vlees van het zichtbare”. De texturen die zij verkrijgt zijn geen oppervlakkige effecten, maar worden tastbare manifestaties van dat vlees van de wereld waar de filosoof over sprak.

Er is in haar werk een voortdurende spanning tussen onthulling en verhulling die doet denken aan het concept van “aletheia” bij Martin Heidegger. Elk schilderij is als een aletheia, een waarheid die zich onthult terwijl ze zich verbergt. Deze dialectiek is bijzonder duidelijk in haar close-up portret-schilderijen, waarbij de identiteit van het onderwerp opgaat in het schilderachtige materiaal, wat zou kunnen worden genoemd een visuele “différance” volgens Jacques Derrida.

Haar manier van werken met herhaling is ook betekenisvol. Door bepaalde motieven zoals gordijnen, glazen en gezichten te hernemen, creëert ze wat Gilles Deleuze “verschillen in herhaling” zou noemen. Elke iteratie van een motief brengt subtiele variaties aan die ons begrip van het onderwerp verrijken. Deze seriële benadering doet denken aan Claude Monets “Variaties” op de kathedraal van Rouen, maar met een resoluut eigentijdse gevoeligheid.

De behandeling van texturen door Giovanelli is bijzonder opmerkelijk. Of het nu gaat om pailletten, glas, fluweel of zijde, ze slaagt erin oppervlakken te creëren die zowel sensueel als conceptueel zijn. Deze texturen worden niet alleen weergegeven, ze worden getransfigureerd door het schilderproces. In haar schilderijen kan een simpele fluwelen gordijn net zo mysterieus worden als een sluier van Veronica, net zo raadselachtig als een schilderij van Rothko.

Haar manier van het kaderen van haar onderwerpen is net zo briljant. Door specifieke details los te maken van hun oorspronkelijke context creëert ze wat Roland Barthes “paradoxale realiteitseffecten” zou noemen. Deze fragmenten worden autonome entiteiten die hun eigen betekenis genereren. Deze strategie van decontextualisering doet denken aan de theorieën van Craig Owens over postmoderne allegorie, waarbij het fragment betekenisvoller wordt dan het geheel.

Louise Giovanelli biedt ons een diepgaande reflectie op de aard van representatie in onze wereld die verzadigd is met beelden. Ze transformeert vluchtige momenten uit de populaire cultuur in duurzame schilderachtige ervaringen, waardoor ze een nieuw soort hedendaagse iconografie creëert. Haar werk is niet zomaar een kritiek op de spektakelsamenleving, maar een gedurfde poging om een nieuwe vorm van transcendentie te creëren uit het puin van onze visuele cultuur.

Haar schilderwerk herinnert ons eraan dat hedendaagse kunst de traditie niet hoeft af te wijzen om relevant te zijn. Integendeel, door creatief in dialoog te treden met de kunstgeschiedenis slaagt ze erin iets echt nieuws te creëren. Ze toont ons dat schilderkunst in de 21e eeuw niet langer simpelweg een medium van representatie kan zijn. Het moet een plek worden van alchemistische transformatie waar het banale buitengewoon wordt, waar het profane heilig wordt. En dat is precies wat Giovanelli bereikt: onze blik op de wereld transformeren, penseelstreek voor penseelstreek.

Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

Louise GIOVANELLI (1993)
Voornaam: Louise
Achternaam: GIOVANELLI
Geslacht: Vrouw
Nationaliteit(en):

  • Verenigd Koninkrijk

Leeftijd: 32 jaar oud (2025)

Volg mij