English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Michaël Borremans : Schoonheid en existentiële angst

Gepubliceerd op: 4 Mei 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 8 minuten

Michaël Borremans verkent de ambiguïteiten van de menselijke conditie door middel van technisch virtuoze figuratieve schilderkunst. Zijn raadselachtige composities stellen geïsoleerde personages voor in absurde situaties, waardoor een picturaal universum ontstaat waar formele schoonheid voortdurend samenvalt met verontrustende vreemdheid en waar het vertrouwde diep ontregelend wordt.

Luister goed naar me, stelletje snobs, jullie denken alles te weten over hedendaagse kunst, maar terwijl je een banaan die op een muur is geplakt bewondert en je afvraagt of het niet mooier zou zijn met een appel, stelt Michaël Borremans, rustig teruggetrokken in zijn atelier in Gent, België, ons een van de meest verontrustende en verleidelijke schilderijen van onze tijd voor. Ik zeg “ons”, want ja, ik sluit zelfs de meest weerstand biedenden onder jullie in deze collectieve ervaring in.

Borremans verscheen in de kunstwereld als een anachronistische geest, een schilderachtig spook dat ons achtervolgt met schilderijen die constant balanceren tussen ongemak en schoonheid. Oorspronkelijk opgeleid als fotograaf aan de Sint-Lucasschool in Gent, wendde hij zich pas op 34-jarige leeftijd tot het schilderen, wat bewijst dat een artistieke roeping niet per se op de adolescentie hoeft te wachten om zich te manifesteren. Deze late start in het schilderen verklaart misschien die onmiddellijke technische maturiteit, dat zelfvertrouwen in het hanteren van het medium, alsof jarenlange observatie een perfecte incubatie van zijn stijl hebben mogelijk gemaakt.

Als je naar zijn schilderijen kijkt, ontkom je er niet aan te denken aan Velázquez, Manet, Degas. Maar Borremans reduceren tot deze invloeden zou zijn als het beschrijven van een ijsberg aan alleen het topje ervan. Want hoewel de techniek doet denken aan de grote meesters, is de inhoud resoluut hedendaags, doordrenkt met een beangstigende vreemdheid die ons spreekt over onze huidige conditie. Zijn personages lijken te zweven in een onbepaalde ruimte-tijd, losgekoppeld van enige geografische of historische context. Ze hangen in een narratieve leegte, als acteurs die hun instructies afwachten op een verlaten filmset.

Wat mij aanspreekt in zijn werk is dat vermogen om beelden te creëren die zowel vertrouwd als diep verontrustend lijken. Neem “The Angel” (2013), deze vrouw in een lichtroze jurk waarvan het gezicht volledig met zwart bedekt is. De compositie is klassiek, het licht perfect beheerst, maar de gedwongen anonimiteit van het model creëert een onoplosbare spanning. Of zijn series “Black Mould”, waarin figuren met puntige kapjes dansen in een rituele choreografie die tegelijk komisch en verontrustend is. Deze met kappen bedekte figuren roepen tegelijk de Ku Klux Klan, de boetelingen van de Spaanse Heilige Week, de gevangenen van Abu Ghraib en middeleeuwse monniken op. Borremans speelt met deze referenties om een ongemakkelijkheid te scheppen die de tijd overstijgt en spreekt over de blijvende rituelen, de geweldadigheid en de menselijke absurditeit.

Het werk van Borremans is diep geworteld in een filmische reflectie, niet alleen door zijn composities die gekaderd zijn als stilstaande shots, maar ook door zijn zelfde begripswijze van het beeld. “Alles is altijd geregisseerd”, vertrouwt hij toe, “hoe meer ik me beperk, hoe meer expressie ik bereik” [1]. Deze benadering transformeert zijn schilderijen in decors, in podiumruimtes waar een stille tragedie wordt opgevoerd waarvan we nooit het volledige script zullen kennen. Net als in de films van Lynch of Bergman wordt de afwezigheid van een verhalende uitleg boeiender dan eender welk expliciet verhaal.

Wat Borremans beter begrijpt dan de meeste hedendaagse schilders is de verleidingskracht die inherent is aan het medium. Hij gebruikt schoonheid als lokaas, als een strategisch instrument om onze aandacht te vangen voordat hij ons onderdompelt in een veel complexere en ambiguë wereld. “Schoonheid heeft een verleidingsfunctie”, geeft hij toe zonder schroom. Maar die schoonheid is nooit gratis, nooit decoratief. Ze is het Trojaanse paard waarmee de kunstenaar onze esthetische verdediging infiltreert om ons vervolgens te confronteren met onze eigen tegenstrijdigheden.

Wat zijn werk vandaag zo relevant maakt, is juist dat vermogen om de mechanismen van het hedendaagse beeld af te breken terwijl hij het oeroude taalgebruik van de schilderkunst gebruikt. In een tijd waar we gebombardeerd worden met vluchtige digitale beelden, waarin snelheid primeert boven contemplatie, dwingen de schilderijen van Borremans een andere tijdsbeleving af. Ze dwingen ons te vertragen, te observeren, ons te verliezen in hun details en hun mysteries.

Neem zijn serie “Fire from the Sun” (2017), die verontrustende scènes toont van mollige, naakte kleuters die spelen tussen wat lijkt op stukjes verminkte menselijke ledematen. Deze schilderijen veroorzaakten een grote controverse toen zijn boek “As Sweet as It Gets” verscheen in een Balenciaga-reclame in 2022. Voor Borremans was dat “het beste wat er kon gebeuren” [2]. Eindelijk werd hij gezien als een subversieve kunstenaar! Dit schandaal onthult onze collectieve hypocrisie: we tolereren geweld en horror in het dagelijkse nieuws, in de televisieseries die we gretig consumeren, maar zijn geschokt als het verschijnt in een artistieke context waar het een spiegel wordt van onze eigen monsterlijkheid.

De werkwijze van Borremans hoort bij een picturale traditie die onze relatie tot het beeld en de realiteit bevraagt. Net als Magritte voor hem, een andere Belgische schilder gefascineerd door de vreemdheid van het alledaagse, gebruikt hij representatie om beter de grenzen en paradoxen ervan te benadrukken. “Het is echt een filosofische kwestie over wat waarheid kan zijn”, legt hij uit. “En waarheid zit zowel in de leugen als in iets direct of eerlijks” [3]. Deze achterdocht tegenover visuele zekerheden staat centraal in zijn aanpak, als een constante herinnering dat elk beeld een constructie is, nooit een absolute waarheid.

Het theater speelt ook een essentiële rol in de wereld van Borremans. Zijn personages worden vaak gepresenteerd als acteurs die vreemde kostuums dragen, verkledingen die hen veranderen in objecten in plaats van onderwerpen. “Op een bepaalde manier objectificeer ik mensen”, geeft hij toe. “Ik schilder ze alsof het stillevens zijn” [4]. Deze objectivering is geen vrijblijvende stijlbeoefening, maar een diepgaande reflectie op onze hedendaagse conditie, waarbij het individu steeds meer wordt gereduceerd tot zijn oppervlak, zijn imago, en geleidelijk zijn substantie en innerlijkheid verliest.

De zwarte humor die door zijn werk heen loopt, wordt vaak over het hoofd gezien door critici die te serieus zijn om het te begrijpen. Toch vormt het een essentiële dimensie van zijn werk. Bij “The Badger’s Song”, die absurde scène waarin een das (of misschien een beer?) een leeg vel papier aan een groep met kapjes gehulde figuren presenteert, hoe kun je dan niet glimlachen om de absurditeit van de situatie? Borremans zelf benadrukt het belang van lachen: “Humor is essentieel in alle dingen en in elke situatie. Je te serieus nemen is een vorm van arrogantie” [5]. Deze humor functioneert als een noodzakelijke tegenhanger van de zwaarte van de behandelde thema’s, waardoor een dialectische spanning ontstaat die de ervaring van de kijker verrijkt.

Maar misschien is het meest fascinerende aspect van Borremans’ werk zijn scherpe bewustzijn van de fysiekheid van het schilderen. In tegenstelling tot zoveel hedendaagse kunstenaars die de uitvoering van hun werken delegeren, staat hij erop alles zelf te doen, “zelfs het voorbereiden van de onderlagen, zelfs het schoonmaken van de penselen” [6]. Deze totale betrokkenheid bij het materiële proces geeft zijn doeken een aanwezigheid, een energie die geen enkele gedelegeerde productie kan bereiken. “Schilderen is heel fysiek”, stelt hij. “Zelfs als ik op kleine schaal schilder, schilder ik met mijn hele lichaam. Ik beweeg zelfs als ik aan een tafel werk. Het is een soort energie, en die energie komt in het schilderij” [7].

Die energie is voelbaar in elk van zijn werken. De schilderachtige materie is zowel sensueel als spookachtig, en creëert een oppervlak dat tegelijkertijd aantrekt en afstoot. De gezichten van zijn personages lijken uit het doek te verschijnen als verschijningen, hun huidtinten verlicht door een innerlijk licht dat contrasteert met de donkere en onbepaalde achtergronden. Deze technische beheersing is nooit opzichtig; ze dient altijd het doel, de narratieve ambiguïteit die de kunstenaar wil creëren.

De vraag naar tijd is ook centraal in zijn werk. Zijn doeken lijken te bestaan in een eeuwig heden, buiten elke identificeerbare chronologie. De kleding van zijn personages is bewust ambigu, waardoor geen nauwkeurige datering mogelijk is. “Ik wilde de context vaag maken. De kleding is een beetje tijdloos”, legt hij uit. “Het is niet in het verleden. Het is ook niet in de toekomst” [8]. Deze tijdloosheid is geen nostalgische vlucht, maar een strategie om over het heden te spreken zonder de beperkingen van een letterlijke representatie.

Wat Borremans’ uniek maakt in het hedendaagse kunstlandschap, is misschien wel deze paradoxale positie: het gebruik van een oeroud medium om diep actuele beelden te creëren, traditionele technieken gebruiken om resoluut hedendaagse vraagstukken te onderzoeken. “Ik beschouw mezelf duidelijk als een hedendaagse schilder. Ik gebruik een oud medium, maar het is maar een verdomd medium” [9], zegt hij met de ontwapenende openhartigheid die hem kenmerkt.

Haar kunst herinnert ons eraan dat schilderkunst niet dood is, in tegenstelling tot wat sommige onheilsprofeten hebben beweerd. Ze is simpelweg bevrijd van haar traditionele functies, geworden tot een ruimte van verkenning die opener en ook riskanter is. In een wereld verzadigd met vluchtige digitale beelden bieden Borremans’ schilderijen een vorm van verzet, niet uit nostalgie naar een voorbijgegaan gouden tijdperk, maar door het creëren van visuele ervaringen die onze gebruikelijke relatie met beelden uitdagen.

Dus de volgende keer dat u een tentoonstelling van Michaël Borremans bezoekt, vergeet dan uw vooroordelen over hedendaagse schilderkunst. Laat u meeslepen door deze raadselachtige figuren, deze scènes die zweven tussen het banale en het vreemde. En misschien zult u, bij een bijzonder verontrustend schilderij, zichzelf betrappen op een nerveuze lach bij de sublieme absurditeit die het u voorschotelt. Want juist daarin schuilt de kracht van zijn werk: in het vermogen ons tegelijkertijd onrust en plezier, schoonheid en afschuw, lachen en angst te laten voelen. Een volledige, tegenstrijdige en diep menselijke ervaring.


  1. Borremans, Michaël. Interview met Harriet Lloyd-Smith voor Plaster Magazine, juni 2024.
  2. Borremans, Michaël. Interview met Emily Steer voor AnOther Mag, december 2024.
  3. Borremans, Michaël. Interview met Martin Herbert voor ArtReview, juni 2015.
  4. Borremans, Michaël. Interview met Harriet Lloyd-Smith voor Plaster Magazine, juni 2024.
  5. Idem.
  6. Borremans, Michaël. Interview met Daiga Rudzāte voor Arterritory, november 2020.
  7. Idem.
  8. Borremans, Michaël. Interview met Katie White voor Artnet, maart 2025.
  9. Borremans, Michaël. Interview met Daiga Rudzāte voor Arterritory, november 2020.
Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

Michaël BORREMANS (1963)
Voornaam: Michaël
Achternaam: BORREMANS
Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • België

Leeftijd: 62 jaar oud (2025)

Volg mij