English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Paresh Maity: Vanger van lichte momenten

Gepubliceerd op: 1 Mei 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 8 minuten

Paresh Maity, een veelzijdige Indiase kunstenaar, blinkt uit in aquarel, olieverf, keramiek en monumentale beeldhouwkunst. Hij verkent onvermoeibaar licht en kleur, en vangt de essentie van landschappen van Varanasi tot Venetië, wat resulteert in een visuele poëzie van zeldzame intensiteit.

Luister goed naar me, stelletje snobs, als ik het heb over een kunstenaar die onze zintuigen beroert zonder mediatische opschudding, dan heb ik het over Paresh Maity. Deze man wiens naam nu weerklinkt in de artistieke kringen van Delhi tot Londen beweegt zich in een esthetische wereld die veel verder gaat dan de visuele kronkels waaraan wij gewend zijn.

Geboren in 1965 in Tamluk, een klein dorp in West-Bengalen, heeft Maity zich een reputatie opgebouwd als een alchemist van kleuren. Zijn aquarellen, zijn eerste passie en favoriete medium, slagen in een zeldzaam wonder: het vastleggen van licht als een vlinder, gevangen op papier zonder de vleugels te breken. Zijn werken stellen zich niet tevreden met het weergeven van een landschap; ze transformeren het in een vrijwel synesthetische ervaring waarin water pigment wordt en pigment licht.

Men moet begrijpen dat Maity niet simpelweg een schilder is, hij is een visuele nomade. Zijn reizen door India en de wereld, van Benares tot Venetië, via Rajasthan en de Noorse kanalen, vormen het basismateriaal van zijn werk. Hij absorbeert de landschappen en geeft ze terug, getransformeerd door zijn unieke blik, als gefilterd door een caleidoscoop waarin gloeiende roden, diepe blauwen en schitterende okertinten domineren.

Zijn artistieke parcours is een perfect voorbeeld van wat de filosofe Hannah Arendt noemde “de menselijke conditie in haar veelheid” [1]. Zowel geworteld in zijn geboortestreek als diep kosmopolitisch, belichaamt Maity het vermogen om tegelijkertijd hier en elders te zijn, erbij te horen en tegelijk boven een traditie uit te stijgen. Zijn werken dragen het stempel van deze dualiteit: trouw aan de Indiase picturale tradities in hun kleurgevoeligheid, maar resoluut eigentijds in hun compositie en durf.

Aan degenen die verbaasd zijn over zijn productiviteit, meer dan 80 solotentoonstellingen in veertig jaar carrière, zal ik herinneren dat creatie niet gaat over kwantiteit maar over intensiteit. En wat voor intensiteit in deze grote formaten waar het landschap kosmos wordt! Het monumentale werk dat hij maakte voor de internationale luchthaven Indira Gandhi in New Delhi, een fresco van 250 meter, het langste van India, is niet zomaar een technische prestatie, het is een visuele odyssee die ons laat reizen door de ziel van het subcontinent.

Wat mij aanspreekt in zijn werk, is dat vermogen om de essentie van het licht zelf te vangen. “Ik heb altijd geloofd dat licht het leven is en het leven is licht. Om iets te zien, heb je licht nodig,” vertrouwt hij toe [2]. Deze obsessie met lichtheid doet denken aan het onderzoek van een Turner of Monet, maar Maity voegt die bijzondere trilling toe, die pulsatie die enkel aan India toebehoort.

De overgang van aquarel naar andere media, olie, acryl, sculpturen, installaties, is voor hem geen verraad. Het is veeleer de natuurlijke uitbreiding van een zoektocht naar de materie van licht en zijn vermogen om onze perceptie van de wereld te transformeren. Zijn recente sculpturen, zoals het monumentale Urbanscape van zeven ton dat een gigantische jackfruit voorstelt, verkennen de stedelijke dichtheid met dezelfde gevoeligheid als waarmee zijn aquarellen de vloeibaarheid van water onderzoeken.

Wat mij diep irriteert aan sommige critici is hun onvermogen om verder te kijken dan vooraf vastgestelde categorieën. Men spreekt over Maity als een “meester in aquarel”, wat hij ontegenzeggelijk is, maar men vergeet te vaak zijn virtuositeit te vermelden om tussen verschillende media te navigeren, zijn vermogen om zijn visuele taal voortdurend te heruitvinden. Hij is geen kunstenaar die vastzit in zijn techniek, maar een onvermoeibare ontdekker van de expressieve mogelijkheden van kunst.

Zijn relatie met keramiek illustreert deze onstilbare nieuwsgierigheid perfect. Geïnspireerd door Picasso tijdens een bezoek aan een museum in Parijs tijdens zijn studie, ontwikkelde hij gedurende twintig jaar een persoonlijke praktijk in keramiek, weg van de schijnwerpers, om deze uiteindelijk aan het publiek te onthullen. Dit geduld, deze langzame rijping van een artistieke praktijk ver weg van het mediageweld, getuigt van een zeldzame integriteit in de hedendaagse kunstwereld.

De Franse filmcritica Pauline Kael schreef dat “kunst de enige levensvorm is die oneindig kan worden nagestreefd” [3]. Deze opmerking zou de benadering van Maity kunnen definiëren. Wanneer hij zegt: “Kunst is mijn leven. Ik ben nog niet begonnen, ik ben nog steeds aan het zoeken. Soms heb ik het gevoel dat ik 72 uur per dag zou moeten hebben” [4], drukt hij die voortdurende zoektocht uit, die vruchtbare ontevredenheid die de grote scheppers kenmerkt.

Als men zijn werk bekijkt door de prism van de esthetische theorie van John Dewey, begrijpt men beter de aard van zijn kunst als “ervaring”. Voor Dewey is esthetische ervaring niet gescheiden van gewone ervaring, maar de intensivering en verduidelijking ervan. Maity’s landschappen zijn geen koele weergaven van een plek, maar de expressie van een geleefde ontmoeting, een dialoog tussen de kunstenaar en zijn omgeving. Juist deze ervaringskwaliteit geeft zijn werken hun bijzondere evocatieve kracht.

Ik ben bijzonder gecharmeerd door zijn serie over Bénarès/Varanasi. In deze werken slaagt hij erin niet alleen het fysieke aspect van deze mythische stad met haar ghats en rituelen aan de oever van de Ganges vast te leggen, maar ook de spirituele dimensie, dat bijzondere licht dat lijkt uit te gaan van de plaatsen zelf. Er is in deze schilderijen iets dat de eenvoudige voorstelling overstijgt om een vorm van emotionele waarheid te bereiken.

Dit vermogen om materie in emotie te transformeren is ook duidelijk in zijn sculpturen. “The Pair”, het monumentale werk van zeven ton dat in de tentoonstelling “Infinite Light” wordt genoemd, speelt met de dualiteit mannelijk/vrouwelijk met een gevoeligheid die de valkuilen van gemakkelijke symboliek vermijdt. Het werk dwingt zijn fysieke aanwezigheid af en nodigt tegelijkertijd uit tot een bijna metafysische contemplatie.

De criticus Ranjit Hoskote spreekt van “diepe fascinatie voor licht als transformatiekracht, met kleur als fundament van het zijn, en de mens als getuige en deelnemer aan kosmische drama’s van epische schaal” [5]. Deze observatie raakt de essentie van Maity’s werk: licht is niet slechts een optisch fenomeen, maar een structurele kracht die vorm en betekenis aan de wereld geeft.

Deze bezorgdheid over het licht doet denken aan de onderzoeken van de fenomenologie naar de waarneming. Zonder in de conceptuele valkuilen van deze filosofische school te vervallen, kan men toch opmerken dat Maity, net als de fenomenologen, geïnteresseerd is in de manier waarop de wereld zich aan ons geeft via onze zintuigen, en hoe onze waarneming verandert wat we zien.

Ik moet toegeven dat ik aanvankelijk sceptisch was over zijn uitstapjes naar de openbare kunst. Te vaak offeren monumentale werken subtiliteit op aan het altaar van het spectaculaire. Toch slaagt Maity er zelfs op grote schaal in die intimiteit en fijngevoeligheid te behouden die zijn aquarellen kenmerkt. Zijn muurschildering voor de luchthaven van Delhi is geen concessie aan het commerciële, maar een versterking van zijn visie, alsof zijn intieme blik op de wereld nu kan worden gedeeld met duizenden reizigers.

Wat ik ook bijzonder waardeer aan deze kunstenaar is zijn manier om met tijd om te gaan. In zijn landschappen lijkt de tijd zowel opgeschort als in voortdurende beweging, alsof elk moment in zich het verleden en de toekomst bevat. Deze opvatting van tijd roept de reflecties van Henri Bergson op over de duur als een voortdurende stroom in plaats van een reeks discrete momenten. Maity’s landschappen zijn geen bevroren foto’s, maar ademen momenten die leven en pulseren.

Bij het observeren van de evolutie van zijn praktijk door de decennia heen, merkt men geen breuken op, maar een geleidelijke verdieping van zijn essentiële bekommernissen. Van zijn vroegste aquarellen tot zijn recente multimediakunstwerken, het is altijd dezelfde zoektocht naar licht, dezelfde fascinatie voor hoe licht onze waarneming van de wereld verandert.

Zijn relatie met de natuur is bijzonder interessant. Geboren in een streek van Bengalen waar water overal aanwezig is, rivieren, vijvers, kanalen, heeft Maity een bijzondere gevoeligheid ontwikkeld voor het element water. Deze affiniteit blijkt niet alleen uit zijn aanvankelijke keuze voor aquarel als medium, maar ook in zijn manier om de picturale ruimte te zien als een vloeiende ruimte, voortdurend in transformatie. Zoals hij zelf zegt: “Ik ben onafscheidelijk van het water, we zijn één.” [6]

Deze samensmelting met de natuurlijke elementen herinnert aan de romantische opvatting van de kunstenaar als bemiddelaar tussen natuur en mens. Maar Maity ontkomt aan de valkuilen van het naïeve romantisme door zijn scherpe bewustzijn van de sociale en culturele realiteiten die onze verhouding tot de omgeving vormen. Zijn landschappen zijn nooit eenvoudige vieringen van een geïdealiseerde natuur, maar complexe verkenningen van onze dubbelzinnige relatie met de wereld om ons heen.

De veelzijdigheid van Maity kan verwarrend lijken: hoe kan één en dezelfde kunstenaar uitblinken in zo verschillende media als aquarel, olieverf, beeldhouwkunst of keramiek? Het antwoord ligt misschien in zijn fundamenteel zintuiglijke benadering van kunst. Welke techniek ook wordt gebruikt, het blijft altijd diezelfde zoektocht naar visuele sensatie in haar puurste staat, diezelfde fascinatie voor hoe licht en kleur onze ervaring van de wereld kunnen transformeren.

Als ik de essentie van zijn kunst in enkele woorden moest samenvatten, zou het zijn: transformatie, vloeibaarheid, lichtheid. Maity stelt de wereld niet voor, hij onthult haar verborgen dimensie, die dimensie die ontsnapt aan onze gewone waarneming maar toch haar diepste waarheid vormt.

De kunst van Paresh Maity herinnert ons eraan dat het ware zien van de wereld een creatieve daad is, een voortdurende transformatie in plaats van een passieve ontvangst. Daarmee vormt zijn werk niet alleen een belangrijke bijdrage aan de hedendaagse Indiase kunst, maar ook een uitnodiging om onze relatie tot het zichtbare, tot het licht, tot die gewone pracht die ons omringt en die we veel te vaak gestopt zijn te zien, te heroverwegen.


  1. Arendt, Hannah, “De menselijke conditie”, The University of Chicago Press, 1958.
  2. The Established, “Kunstenaar Paresh Maity is op zoek naar het juiste licht door verschillende media en tijdlijnen heen”, interview door Anannya Sarkar, 2022.
  3. Kael, Pauline, “I Lost It at the Movies”, Little, Brown and Company, 1965
  4. T2online, “‘Het leven is voor mij kunst. Ik ben nog niet begonnen, ik ben nog aan het zoeken. Soms heb ik het gevoel dat ik 72 uur in een dag zou moeten hebben’, Paresh Maity”, interview door Saionee Chakraborty, 23 januari 2024
  5. Abirpothi, “‘Infinite Light’ Drukt de Drie Decennia Lange Reis van Paresh Maity in de Kunst uit”, 2022
Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

Paresh MAITY (1965)
Voornaam: Paresh
Achternaam: MAITY
Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • India

Leeftijd: 60 jaar oud (2025)

Volg mij