English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Richard Hambleton, geest van Manhattan

Gepubliceerd op: 4 Juli 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 7 minuten

Richard Hambleton transformeert stedelijke kunst in een universele poëtische taal. Zijn zwarte silhouetten, geschilderd in de steegjes van Manhattan, onthullen een gecultiveerde kunstenaar die in dialoog treedt met romantische schilderkunst en moderne literatuur, waarmee wordt bewezen dat straatkunst de meest complexe esthetische vraagstukken kan dragen.

Luister goed naar me, stelletje snobs, Richard Hambleton was niet zomaar een straatkunstenaar die silhouetten schilderde op de muren van Manhattan. Deze Canadees met een scherpe blik, geboren in 1952 in Tofino op Vancouver Island, redefinieerde de codes van stedelijke artistieke expressie met de precisie van een chirurg en de urgentie van een profeet. Toen hij zich in 1979 definitief vestigde in de Lower East Side, gewapend met zijn penselen en zwarte verf, vermoedde hij niet dat hij voor altijd onze relatie tot openbare kunst zou revolutioneren.

Het werk van Hambleton vindt zijn wortels in een esthetische traditie die veel ouder is dan men zou denken. Zijn “Shadowmen”, die spookachtige silhouetten die de steegjes van New York in de jaren 1980 bevolkten, sluiten rechtstreeks aan bij de erfenis van de romantische schilderkunst uit de 19e eeuw. Net zoals de romantische landschapschilders die het onuitsprekelijke probeerden te vangen in hun doeken, verandert Hambleton de stedelijke ruimte in een theater van pure emoties. Zijn zwarte figuren, vluchtig geschilderd in het duister, roepen onvermijdelijk de werken op van Caspar David Friedrich, waar de mens tegenover de immensiteit wordt teruggebracht tot een contemplatief silhouet. Bij Friedrich wordt de reiziger boven de zee van wolken een symbool van de moderne menselijke conditie; bij Hambleton ervaart de nachtelijke voorbijganger die een dreigende schaduw ontdekt dezelfde confrontatie met het onbekende. Deze verwantschap is niet toevallig. In zijn “Beautiful Paintings” uit het eind van de jaren 2000 maakt Hambleton een expliciete terugkeer naar de codes van het romantisme, met zeegezichten met gouden horizonten die aan Turner doen denken, maar uitgevoerd met een hedendaagse gebarenstijl waarbij het schildermateriaal pure emotie wordt. De techniek van de Canadese kunstenaar, die bestond uit het kantelen van zijn doeken om de verf te laten stromen, vindt zijn oorsprong in deze romantische esthetiek van het gecontroleerde toeval, waarbij de kunstenaar in dialoog treedt met de natuurlijke krachten van zwaartekracht en vloeibaarheid. Deze benadering onthult een kunstenaar die zich bewust is van zijn inschrijving in een belangrijke esthetische traditie, ver weg van het beeld van een eenvoudige vandalen dat sommige critici aan zijn werk wilden plakken. Hambleton transformeert zo de romantische erfenis tot een hedendaagse taal, en bewijst dat de grote existentiële vragen door de tijden heen blijven resoneren en zich steeds vernieuwen.

Maar Hambletons kunst gaat ook in dialoog met een diepgaande literaire dimensie die hem radicaal onderscheidt van zijn tijdgenoten. Zijn “Shadowmen” onderhouden verontrustende verbanden met het meesterwerk van Hermann Broch, “De dood van Vergilius”, deze poëtische meditatie over de dood van de grote Latijnse dichter, gepubliceerd in 1945 [1]. Net als Vergilius bij Broch, die zwalkt in de laatste uren van zijn leven tussen werkelijkheid en hallucinatie, schommelen Hambletons silhouetten tussen aanwezigheid en afwezigheid, tussen belichaming en verdwijning. De Oostenrijkse schrijver beschrijft een Vergilius die wordt achtervolgd door zijn eigen creaties, onmachtig om droom van werkelijkheid te onderscheiden in de kwellingen van de koorts. Deze verwarring van vlakken vindt zijn plastieke tegenhanger in Hambletons “Shadowmen”, grensfiguren die verschijnen aan een steegje als manifestaties van het stedelijke onderbewustzijn. Broch schrijft in zijn roman dat “hij zichzelf overal terugvond”, en beschrijft deze ervaring van splitsing waarbij de schepper toeschouwer wordt van zijn eigen visioenen. Hambleton voert dezelfde overschrijding van grenzen uit tussen de kunstenaar en zijn werk, tussen de toeschouwer en het beeld. Zijn nachtelijke silhouetten functioneren als net zoveel dubbels van de kunstenaar verspreid door de stad, wat leidt tot die “vermeerdering van identiteiten” die Broch onderzoekt in zijn roman. De invloed van deze literaire esthetiek straalt zelfs door in de serie “Image Mass Murder” (1976-1978), waarin Hambleton met krijt contouren van met rode verf besmeurde menselijke lichamen tekent. Deze valse misdaadsituaties doen denken aan de verontrustende sfeer van Brochs roman, waarin de dood voortdurend rond de hoofdpersoon cirkelt. Net zoals Vergilius die zijn “Aeneis” wil vernietigen uit afkeer van de schoonheid tegenover de geweldadigheid van de wereld, bevraagt Hambleton de legitimiteit van kunst binnen een stedelijke context gekenmerkt door criminaliteit en decadentie. Deze esthetische nabijheid onthult een diep cultureel onderlegde kunstenaar, gevoed door de grote teksten van de Europese literaire moderniteit, ver weg van het simplistische beeld van de autodidactische graffitikunstenaar. Hambleton bewijst zo dat stedelijke kunst de filosofische complexiteit van belangrijke literaire werken kan dragen, waarbij de muren van de stad transformeren tot pagina’s van een open boek over existentiële vraagstukken van onze tijd.

Zijn benadering van de stedelijke ruimte onthult een opmerkelijke tactische intelligentie. Hambleton schildert niet willekeurig: hij brengt zijn interventies zorgvuldig in kaart om hun psychologische impact op voorbijgangers te maximaliseren. Zijn “Shadowmen” duiken op in donkere hoekjes, doodlopende straten, blinde hoeken waar men niet verwacht een menselijke aanwezigheid aan te treffen. Deze strategie van verrassing verandert elk toevallige ontmoeting met het werk in een viscerale ervaring, een moment van omslag tussen het alledaagse en het buitengewone.

“Ik schilderde de stad zwart,” zei hij eenvoudig, waarmee hij de radicaalheid van zijn gebaar in één zin samenvatte [2]. Maar deze duisternis is geen wanhoop: ze is openbaring. Hambleton gebruikt de kleur van de schaduw om het onzichtbare zichtbaar te maken, om die spookachtige aanwezigheden te materialiseren die onze stedelijke verbeeldingen achtervolgen. Zijn silhouetten worden de symptomen van een stad die droomt, die haar angsten en verlangens projecteert op de blinde oppervlakten van haar muren.

De evolutie van zijn werk naar het doek vormt geenszins een verraad aan zijn muuroorsprong, in tegenstelling tot wat sommige puristen hebben beweerd. Integendeel, deze overgang onthult de samenhang van een artistiek proces dat altijd heeft geprobeerd de grensgebieden tussen kunst en leven te verkennen. Zijn “Horse and Riders”, geïnspireerd door Marlboro-reclames, ontregelen de codes van de Amerikaanse beeldtaal om de mythologische dimensie ervan te onthullen. De cowboy wordt een nieuwe figuur van de moderne man, eenzaam en heroïsch, die in een andere context de romantische esthetiek van zijn “Shadowmen” voortzet.

De plaats van Hambleton in de geschiedenis van de hedendaagse kunst overstijgt het kader van de street art ruimschoots. Hij nam deel aan de Biënnales van Venetië in 1984 en 1988, exposeerde in de grootste internationale instellingen en legde zo een nieuwe legitimiteit vast voor een medium dat tot nu toe als marginaal werd beschouwd. Zijn invloed op kunstenaars als Banksy of Blek le Rat (Xavier Prou) getuigt van de revolutionaire reikwijdte van zijn benadering.

Maar misschien onthult Hambleton zijn ware grootsheid juist in zijn verzet tegen commerciële exploitatie. Door te weigeren de commercialisering van zijn werk te vergemakkelijken en soms de voorkeur te geven aan precaire omstandigheden boven compromissen, belichaamt hij die romantische figuur van de ongebonden kunstenaar. Zijn val in de jaren 1990, gekenmerkt door verslaving en isolement, is niet zomaar een ongeluk in zijn loopbaan: het vormt de donkere kant van een totale toewijding aan kunst, waarbij hij de gemakken van institutioneel succes afwijst.

De “Beautiful Paintings” uit zijn laatste jaren, met hun abstracte landschappen in stralend goud, markeren een rustige terugkeer naar pure schoonheid. Hambleton bereikt hierin een opmerkelijke synthese tussen zijn stedelijke gebaren en een meer klassieke esthetiek, wat bewijst dat zijn kunst altijd deze dubbele dimensie in zich droeg: de urgentie van interventie en de blijvendheid van contemplatie.

Zijn dood in 2017 sluit een voorbeeldige loopbaan in de hedendaagse kunst af, die van een schepper die in staat was de beperkingen van het stedelijke medium om te vormen tot een universele poëtische taal. Richard Hambleton zal herinnerd worden als degene die de straatkunst zijn status gaf, niet door het te vereenvoudigen om het acceptabel te maken, maar door er alle complexiteit van de grote esthetische vraagstukken van zijn tijd in te ademen.

Het werk van Hambleton leert ons dat ware kunst altijd voortkomt uit het doorbreken van vastgestelde grenzen. Tussen straat en galerie, tussen figuratie en abstractie, tussen traditie en avant-garde, baande hij een bijzondere weg die nieuwe generaties kunstenaars blijft inspireren. Zijn nalatenschap overstijgt ruimschoots het domein van street art en raakt aan fundamentele vragen van hedendaagse creatie: hoe kan kunst nog verrassen, ontroeren, onthullen in een wereld die verzadigd is met beelden? Het antwoord van Hambleton ligt in die duizenden zwarte silhouetten die onze visuele herinneringen blijven achtervolgen, aanhoudende spoken uit een tijd waarin stedelijke kunst haar eigen regels nog aan het uitvinden was.


  1. Hermann Broch, De dood van Virgilius, vertaald uit het Duits door Albert Kohn, Gallimard, 1955
  2. Citaat overgenomen uit Shadowman, documentaire van Oren Jacoby, 2017
Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

Richard HAMBLETON (1952-2017)
Voornaam: Richard
Achternaam: HAMBLETON
Andere naam/namen:

  • Richard Art Hambleton
  • Shadowman

Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • Canada

Leeftijd: 65 jaar oud (2017)

Volg mij