English | Nederlands

Dinsdag 18 November

ArtCritic favicon

Wade Guyton: De dichter van de haperende printer

Gepubliceerd op: 2 Februari 2025

Door: Hervé Lancelin

Categorie: Kunstkritiek

Leestijd: 7 minuten

Wade Guyton transformeert afdrukfouten in visuele poëzie. Zijn doeken, gemaakt met een eenvoudige inkjetprinter, vieren technologische ongevallen en creëren een nieuwe vorm van schoonheid waarbij disfunctie een artistiek handelsmerk wordt.

Luister goed naar me, stelletje snobs: Wade Guyton (geboren in 1972) speelt al meer dan twintig jaar een subtiel en pervers spel met zijn Epson-printers, en het wordt hoog tijd om er serieus over te praten.

Laat me jullie een verhaal vertellen: dat van een kind uit Indiana dat zo’n hekel had aan tekenen dat hij zijn opdrachten voor beeldende vorming door zijn vader liet maken. Een kind dat opgroeide in een klein stadje in Tennessee, zoon van een te vroeg overleden metaalbewerker, en uiteindelijk een van de meest invloedrijke kunstenaars van zijn generatie werd door doeken te printen zoals men documenten op kantoor print. Behalve dat zijn “documenten” nu voor miljoenen euro’s verkocht worden.

Dit verhaal is niet alleen een sociale revanche, maar vooral een conceptuele revolutie die diepgaand de aard van kunst in het digitale tijdperk bevraagt. Guyton slaagde erin een nieuwe beeldtaal te creëren door de meest alledaagse technologie te misbruiken: de inkjetprinter. Een Epson Stylus Pro 9600, om precies te zijn, die hij tot het uiterste drijft, waarbij hij hem dwingt te printen op linnen doeken terwijl die ontworpen is voor fotopapier.

Belangrijk eerste deel van zijn werk: de glitch als artistiek handtekening. Wanneer Guyton zijn digitale bestanden naar de printer stuurt, zoekt hij niet naar technische perfectie. Integendeel, hij omarmt ongelukjes, mislukkingen, papierstoringen. Die fouten worden zijn visuele grammatica. De horizontale strepen die verschijnen wanneer de inkt opraakt, de strepen wanneer het doek in de machine kreukt, de verschuivingen wanneer hij het doek moet vouwen om het aan te passen aan de beperkte breedte van de printer, dat alles vormt zijn esthetische vocabulaire.

Deze benadering echoot de denkwijze van Walter Benjamin over mechanische reproductie van kunst, maar stuurt het in een totaal onverwachte richting. Waar Benjamin technische reproductie zag als het verlies van de aura van het kunstwerk, injecteert Guyton paradoxaal genoeg uniciteit in het proces van reproductie zelf. Elke “fout” in de print is uniek en onmogelijk identiek te reproduceren. De kunstenaar verandert zo technische reproduceerbaarheid in een hulpmiddel voor het creëren van uniciteit.

Deze dialectiek tussen het mechanische en het unieke leidt ons terug naar de reflecties van Theodor Adorno over de cultuurindustrie. Maar waar Adorno standaardisering zag als een dood voor kunst, vindt Guyton daarin een vruchtbare bodem voor een nieuwe vorm van creatie. Hij gebruikt de instrumenten van standaardisering, de computer, de printer, om werken te produceren die juist door hun aanvaarde imperfecties weerstand bieden aan standaardisering.

Laten we zijn beroemde zwarte monochromen nemen. Op het eerste gezicht niks eenvoudigers: een volledig zwarte digitale bestand afgedrukt op doek. Maar als je beter kijkt, ontdek je een wereld van nuances en texturen. De plekken waar de inkt uitloopt creëren materiaaleffecten die doen denken aan traditionele abstracte schilderkunst. De witte lijnen die verschijnen wanneer de printer niet goed werkt doen denken aan de “ritsen” van Barnett Newman. Het is alsof Guyton een dialoog orkestreert tussen de geschiedenis van de moderne kunst en de hedendaagse digitale cultuur.

Het andere fundamentele aspect van zijn werk betreft zijn relatie tot tijd en informatie. Zijn recente series gebaseerd op screenshots van de website van de New York Times zijn bijzonder onthullend. Door deze webpagina’s op doek te printen, bevriest hij een precies moment in de constante informatiestroom die ons tijdperk kenmerkt. Deze werken functioneren als digitale fossielen, die niet alleen het nieuws van de dag bewaren, maar ook de lay-out, advertenties, commentaren, het hele visuele ecosysteem van het web.

Deze benadering verwijst ons naar de theorie van sociale versnelling ontwikkeld door Hartmut Rosa. In een wereld waar alles voortdurend versnelt, waar informatie onmiddellijk verouderd is, creëert Guyton momenten van pauze, van contemplatie. Zijn doeken zijn als snapshots van de digitale zeitgeist, maar paradoxaal genoeg snapshots die de tijd van het schilderen nemen.

Een ander belangrijk deel: de relatie tot het lichaam en de ruimte. Want in tegenstelling tot wat men zou denken, is het werk van Guyton niet ontlichaamd. Integendeel, er is iets diep fysieks in zijn praktijk. Hij moet letterlijk worstelen met zijn doeken om ze door de printer te krijgen, ze vouwen, ontvouwen, over de vloer van zijn atelier slepen. De sporen van deze manipulaties blijven zichtbaar in het uiteindelijke werk: stof ingekapseld in de nog natte inkt, vouwen duidelijk zichtbaar in het midden van de doeken, voetafdrukken.

Deze lichamelijke dimensie is bijzonder duidelijk in zijn installaties. Wanneer hij de vloer van een galerie bedekt met zwart multiplex, zoals hij meerdere keren deed, creëert hij een ruimte waar de toeschouwer fysiek de ervaring van het werk maakt. De vloer wordt een verlengstuk van zijn doeken, waardoor de expositie een meeslepende omgeving wordt.

Deze installaties herinneren ons aan de theorieën van Maurice Merleau-Ponty over de fenomenologie van de perceptie. De ervaring van kunst is niet alleen visueel, maar betrekt het hele lichaam. De grote formaten van Guyton, zijn aangepaste vloeren, creëren een lichamelijke relatie met het werk die contrasteert met de digitale oorsprong van de beelden.

De schoonheid van Guytons werk ligt in deze schijnbare tegenstellingen: tussen digitaal en fysiek, tussen reproductie en uniek, tussen de snelheid van informatie en de traagheid van contemplatie. Hij probeert deze spanningen niet op te lossen, maar benut ze juist als creatieve motor.

Zijn werk stelt fundamentele vragen over wat het betekent om vandaag de dag kunst te maken. Hoe creëren wanneer de productiemiddelen gestandaardiseerd zijn? Hoe authenticiteit behouden in een wereld van oneindige reproductie? Hoe betekenis geven aan beelden in een tijdperk dat verzadigd is met visuele informatie?

Guytons antwoord is tegelijk bescheiden en gedurfd: gebruik de meest alledaagse gereedschappen van onze tijd, computer, printer, maar push ze tot hun grenzen, laat ze productief falen. Het is een vorm van weerstand van binnenuit, die de technologie niet verwerpt, maar ondermijnt.

Deze benadering maakt hem een van de relevantste kunstenaars van onze tijd. Niet omdat hij technologie gebruikt, veel kunstenaars doen dat, maar omdat hij een unieke manier heeft gevonden om die te laten stotteren, om Gilles Deleuze te citeren. Deze technologische stottering produceert een visuele poëzie die diep spreekt over onze hedendaagse conditie.

Wat het werk van Guyton krachtig maakt, is dat hij beperkingen omzet in creatieve kansen. De technische beperkingen van zijn printer worden bronnen van creatie. Fouten worden omarmd als momenten van genade. Het banale wordt verheven tot het sublieme.

In een wereld die geobsedeerd is door technische perfectie, door ultra-hoge resolutie beelden, door naadloze reproductie, herinnert Guyton ons aan de schoonheid van imperfectie, de poëzie van de fout, de waarde van het accident. Zijn werk is een viering van de glitch als esthetische vorm, een ode aan de schoonheid van dysfunctioneren.

En misschien is dat wel de diepste boodschap van zijn werk: in een steeds meer geautomatiseerde, gestandaardiseerde, geoptimaliseerde wereld, ligt de ware creativiteit misschien in ons vermogen om het systeem te laten ontsporen, het op een andere manier te laten werken, zijn beperkingen te transformeren in nieuwe mogelijkheden.

Wade Guyton is niet zomaar een kunstenaar die technologie gebruikt, hij laat ons zien hoe technologie kan worden omgeleid, gesaboteerd en opnieuw uitgevonden. In die zin is zijn werk diep politiek, ook al behandelt het niet direct politieke onderwerpen. Het is een les over de mogelijkheid om schoonheid en betekenis te creëren in een wereld die gedomineerd wordt door technische standaardisering.

Het is ook een subtiele reflectie op de aard van kunst in het digitale tijdperk. Wat is een afbeelding als alles eindeloos gekopieerd, gewijzigd en gedeeld kan worden? Wat is originaliteit als reproductie de norm is? Hoe creëer je artistieke waarde in een wereld van oneindige reproductie?

Guytons antwoord is paradoxaal: het is juist in het reproductieproces dat hij een nieuwe vorm van originaliteit vindt. Zijn werken zijn uniek niet ondanks, maar dankzij hun mechanische productieproces. Elke “fout” bij het printen, elke glitch, elk accident wordt een onherhaalbare handtekening.

Deze benadering maakt hem een van de invloedrijkste kunstenaars van zijn generatie. Hij heeft een nieuwe weg geopend om schilderkunst in het digitale tijdperk te benaderen, en toont aan dat het mogelijk is om diep hedendaagse werken te maken zonder afstand te doen van de schildertraditie.

Zijn invloed reikt ver buiten de wereld van hedendaagse kunst. Door te laten zien hoe technologie creatief kan worden omgeleid, geeft hij een bredere les over onze relatie met digitale tools. In een wereld waar we steeds afhankelijker worden van technologie, herinnert zijn werk ons eraan dat we de controle kunnen behouden, dat we het systeem productief kunnen laten ontsporen.

Wade Guyton is zo veel meer dan enkel een kunstenaar die technologie gebruikt: hij is een filosoof van het digitale tijdperk, een denker die kunst gebruikt om na te denken over onze hedendaagse conditie. Zijn werk nodigt ons uit onze relatie met technologie, beeld, reproductie en uiteindelijk met onszelf te heroverwegen.

Was this helpful?
0/400

Referentie(s)

Wade GUYTON (1972)
Voornaam: Wade
Achternaam: GUYTON
Geslacht: Man
Nationaliteit(en):

  • Verenigde Staten

Leeftijd: 53 jaar oud (2025)

Volg mij